“Helden!” riep Geert Wilders tijdens de tractorshow van de boeren op het Malieveld in Den Haag. Dat is makkelijk scoren natuurlijk bij mensen die toch al boos zijn.
Nu wil ik niet zo flauw zijn om de heldenstatus van de Nederlandse boer hier meteen in twijfel te trekken, maar een paar kleine kanttekeningetjes mag ik mij toch wel veroorloven. Vind ik. Al is het maar omdat je alles wat Wilders roept moet wantrouwen.
Boerinnenkalender
Net als de rest van Nederland heb ik grote bewondering voor de boer. En niet te vergeten de boerin. Bij mij aan de muur hangt zelfs de boerinnenkalender. Dat lijkt mij afdoende bewijs voor mijn sympathie voor de agrarische sector. Ik durf te wedden dat Wilders geen boerinnenkalender aan de muur heeft, met al zijn geslijm.
De boeren en boerinnen leveren prachtige producten van hoge kwaliteit. Maar die prachtige producten brengen ook problemen met zich mee. Problemen die de boeren meestal niet helemaal zelf veroorzaken. De afnemers (supermarkten) betalen te weinig. De regels (ook uit Brussel) veranderen steeds. Er worden zaken tot in het belachelijke gesubsidieerd. Zo krijg je geld als je een koe in de wei laat lopen. En eerst zijn er te weinig koeien, dan weer teveel.
Ook vindt de agrarische sector het belangrijk om zo’n beetje de hele wereld van voedsel te voorzien. Dat is mooi, laat een ander ook meegenieten. Maar dat heeft zijn prijs in de vorm van milieuschade en dierenleed. Dit moet dus anders en beter.
Echte boosdoeners
Opeenvolgende ministers van Landbouw, de LTO en de Rabobank hebben boeren slecht begeleid in het vinden van een balans tussen dierenwelzijn, milieu, productie en voedselkwaliteit. Met als gevolg megastallen, mestfraude, dierenleed, epidemieën van dierziektes, stalbranden en watervervuiling door gebruik van teveel landbouwgif.
Wanneer alles piekfijn in orde zou zijn in de landbouwsector, bestonden er geen organisaties als Wakker Dier, Varkens in Nood of de Partij voor de Dieren. De grootste boosdoeners zijn in de stikstofkwestie niet de boeren, maar de overheid, de landbouworganisaties en de banken.
Aan de bak
De koers moet worden verlegd. Daar moeten boeren een bijdrage aan leveren, maar niet de dupe van zijn. De rest van de samenleving moet eveneens aan de bak. Ga maar maximaal 100 rijden op de snelweg. Betaal maar gewoon belasting op kerosine en de vliegticket. Krimp Schiphol. Vergeet Lelystad. Sluit de kolencentrales. Betaal een eerlijke prijs voor de landbouwproducten in de supermarkt.
Daarmee geef je de boeren pas écht een blijk van solidariteit, in plaats van een beetje vrijblijvend ‘helden’ lopen roepen op het Malieveld.
Laatste revisie op 3 december 2019.
Alleen hoe gaat de rest van de maatschappij dat bewerkstelligen? De politici die niet loos ‘helden’ roepen op het Malieveld, lijken het vooralsnog niets beter te gaan doen. Sterker, we zijn een jaar verder en buiten het 100 rijden, zou dit artikel gisteren geschreven kunnen zijn.
Ben overigens stiknieuwsgierig naar jouw boerinnenkalender 😀
Ja, over de boerinnenkalender heb ik geschreven. Als je op de link klikt in het artikel kom je daar. Overigens is hij/zij inmiddels alweer van de wand af, want het is al meer dan een jaar geleden. 😉
Elke belangengroep heeft oogkleppen op.
Daarom zitten we nu op vele terreinen gelijktijdig klem.