-
2004: Een gevalletje grafschennis
Een goede vriend van mij is een expert op het gebied van glaskunst. Hij nam mij mee naar een begraafplaats. Hij wilde mij iets laten zien. Een graf. Het was wel even zoeken, want hij wist de precieze plaats niet meer. Nadat wij in de gure wind enige rondjes hadden gelopen en de verkeerde paden waren ingeslagen wist hij het opeens. “Dáár moet het zijn!” Zelfverzekerd beende hij achter zijn wijzende arm aan. En inderdaad, even later stonden wij bij het graf. Het was een oud graf, ergens uit het begin van de vorige eeuw. Twee parallelle rijtjes stenen in de klamme zwarte aarde duidden aan dat daartussen de dode…
-
2004: Grafkelder
Aanleiding: Prins Bernhard (senior) is overleden en wordt bijgezet in de koninklijke grafkelder. Je maakt mij niet wijs dat ze nooit eens onder de deksels kijken van die kisten die daar staan. Wanneer ik zelf een grafkelder had, met een hele stapel voorouders, zou ik dat tenminste wel doen. U niet? Ik zou uiterst nieuwsgierig zijn hoe ome Willem uit 1584 erbij ligt. Waarschijnlijk is onze vader des vaderlands inmiddels niet meer dan een soort ingedroogde pop van papier-maché. Want wat is anders het nut van een grafkelder? Wat is dan de noodzaak van het balsemen? Wanneer er nooit iemand komt kijken kun je ze net zo begraven of ter…
-
2004: Dat lefgozertje
We hadden allemaal wel zo’n jongetje op school, het jongetje met branie, het type ‘lefgozertje’;. Het is degene met de vlotte babbel, met de brutale antwoorden tegen de leerkrachten. Hij krijgt het meeste straf, het interesseert hem geen bal. Dat zegt hij tenminste. Hij is de eerste met sigaretten op zak, die hij even nonchalant als genereus stiekem uitdeelt achter het fietsenhok. Altijd weer dat fietsenhok. Weten docenten nu nóg niet dat dáár alles gebeurt wat zij en God verboden hebben? Met veel bravoure scheurt de lefgozer provocerend met zijn opgevoerde brommer over het schoolplein, gaat er prat op dat hij al drie keer door de politie achterna is gezeten.…
-
2004: Felle concurrentie op de volkstuin
Op de volkstuin brachten wij de zomers van mijn kindertijd door. Dat spaarde weer een vakantiereis uit en we genoten evengoed. Wij sliepen in het door mijn vader zelf gebouwde huisje, aten door mijn vader zelf geteelde groenten en ik speelde met het door mijn vader zelf geconstrueerde karretje. Als klein jongetje bofte ik toch maar. Op mijn beste vriendje na had niemand een karretje.De ruggengraat van het voertuig bestond uit een dikke balk. Daaraan zaten twee dwarsbalken waaronder de wielen waren gemonteerd. Deze wielen waren de enige restanten van de kinderwagen waarin ik zelf nog had gelegen. Op de balken was een primitief platform gespijkerd waarop ik kon zitten…
-
2004: Een k-woord dat verboden moet worden
Ik weet niet hoe dat u vergaat, maar sommige mensen kunnen mij met bepaalde woorden waanzinnig ergeren. Deze woorden hebben een dusdanige hoog truttigheidsgehalte, dat ik het liefst zou zien dat ze van staatswege uit de roulatie worden genomen. Ze vormen namelijk een regelrechte bedreiging voor de geestelijke volksgezondheid. Ze zijn bovendien gewoon fout. Naar mijn opvatting wel te verstaan, want ik wil niemand bevoogden. Laten we op z’n minst afspreken: gebruik ze gerust, maar niet in mijn bijzijn. Ook ik heb immers recht op een tutvrije leefplek op deze aarde. Eczeem Een van de woorden waarvan ik eczeem op mijn trommelvlies krijg is ‘kindjes’. Het is het vooral het…
-
2004: Hondenweer en Schele kaas
Buiten leven de wind en de regen zich uit. Ik sta in de hal van ons flatgebouw om de post op te halen. Uit de lift komt de buurman met zijn hond. Dat tref ik weer. Van de vierentwintig uren in een etmaal vertoef ik alles bij elkaar genomen misschien een luttele vier minuten in de hal. En uitgerekend in die vier minuten kom ik de man tegen die ik nimmer wil tegenkomen. Want hij is de man van de nietszeggende opmerking. Ook dit keer laat hij de kans niet onbenut om mijn dag te verpesten. Narrig staart hij naar buiten en zegt: “Heb jij dit weer besteld?” Stukje proeven?…