Cartoon tekenen is een uiterst riskante bezigheid die gemoederen hoog kan doen oplopen. Er vallen zelfs doden bij. Het tekenen van cartoons valt onder de vrijheid van meningsuiting. Behalve als je de profeet tekent (vzmh), dan kan het je de kop kosten. Er zijn namelijk fanatieke moslims die hier een uitgelezen kans zien om per direct al hun plaatsje in de hemel zeker te stellen.
Je zal maar docent maatschappijleer zijn (of hoe dat tegenwoordig heet). Van hem of haar wordt verwacht een balans te vinden tussen de vrijheid van expressie in een cartoon en de gevoeligheden in bepaalde religies. Met name dan in de islam, want in de fanatiekste kringen deinst men niet terug voor het ritueel slachten van onderwijspersoneel.
De profeet
Het probleem spitst zich toe op het afbeelden van de profeet. Dat is verboden. Was het nu maar zo dat dit verbod zich beperkte tot de eigen kring, maar ook andersdenkenden mogen de profeet niet afbeelden. Dit gaat te ver, vrijheid van godsdienst prima, zolang anderen er maar geen last van hebben. Persoonlijk heb ik nooit de aanvechting gehad om de profeet (vzmh) te tekenen. Niemand weet hoe hij eruit zag, dus hoe weet je überhaupt of je hem hebt afgebeeld?
Moslims in de westerse maatschappij moeten iets minder gevoelig worden op dit punt. Desensibiliseren zogezegd, net als bij andere allergieën. Andersdenkenden mogen iets minder provocatief zijn, want ik zou eerlijk gezegd niet weten waarom je in cartoons altijd de profeet (vzmh) erbij zou moeten slepen. Dat begint toch meer op sarren te lijken.
Dat desensibiliseren gaat als volgt. De docent maatschappijleer schuift de hete aardappel door naar de tekenleraar. De tekenleraar overweegt zich ziek te melden, maar krijgt net op tijd een briljant idee: hij laat de leerlingen zélf een cartoon van de profeet (vzmh) tekenen. Maar geleidelijk.
Doeboekjes
Iedereen kent de leuke opdrachtjes uit de kindertijdschriften en vakantie-doeboekjes. Er staat een grote hoeveelheid genummerde puntjes op een bladzij. Die moet je op volgorde met elkaar verbinden. Zo ontstaat een afbeelding.
Dit principe past de leraar toe in de les cartoontekenen.
Bij de één wordt het geleidelijk een afbeelding van Boeddha, bij de ander van Jezus, bij weer een ander eentje van Mohammed (vzmh) en voor de leut nog eentje van Ron Hubbard. Iemand die bij puntje 78 ziet aankomen wie het gaat worden en het niet trekt, mag stoppen. Dan kan hij volgende week voorzichtig door met puntje 79. Interessant is dan ook te ontdekken dat leerlingen bij de ene tekening wél bezwaar maken en bij de andere niet. Discussie! Uitleg! Eelt op de ziel!
Uiteraard mogen de tekeningen worden opgehangen. Niet de leraar. Want bij protesten of bedreigingen kan de tekenleraar terugvallen op het feit dat de leerlingen de afbeelding zélf getekend hebben. En ach, wie weet krijgen ze er op den duur zelfs gein in. Worden de grote religieuze voorgangers nog populaire stripfiguren.
Mocht u nu denken: wat raaskalt die man? Dan is mijn antwoord: niet meer dan elke willekeurige religie.
Laatste revisie op 14 november 2020.
In principe is een cartoon om te lachen.
Er zou nog hoop zijn als een moslim fanaat om jouw column kon lachen !
Met al die strenge en vooral sharia wetten is het lachen in het midden oosten vergaan. Zo verlies je op den duur ieder gevoel voor humor en verkeert de boosheid in de plaats daarvan in een armzalig surrogaat. Je ziet hetzelfde proces in de zwartste krochten van het Christendom. Gelovende mensen die niet meer lachen, en zeker niet om zichzelf, zijn gevaarlijk, dan is de mogelijkheid van discussie het laatste station voorbij. 🙁